5 misverstanden over de AOV

1. Een Arbeidsongeschiktheidsverzekering is te duur

Gemiddeld betaalt een zzp’er 7% van zijn ondernemersinkomen aan premie voor een AOV. Via je aangifte inkomstenbelasting kun je deze premie aftrekken in box 1. Hierdoor liggen je netto kosten voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering uiteindelijk 35 tot 45% lager, dan de maandelijkse premie die je betaalt aan de verzekeraar.

Voorbeeld

Je bent schilder en je werkt 36 uur per week. Je bruto jaarinkomen is 50.000 euro, je eigen risicoperiode is 2 maanden en je wilt tot je pensioenleeftijd een uitkering bij ziekte. Dan betaal je gemiddeld:

  • bruto premie per maand: 350 euro (50.000 x 7% = 3500 /10 maanden, niet 12 maanden ivm 2 maanden eigen risico periode)
  • netto premie per maand: 210 euro (350 euro – 40% )

Tip: neem bij het berekenen van je uurtarief de premie van je AOV mee.

2. Ik heb geen gevaarlijk beroep, dus ik hoef me niet te verzekeren

Psychische klachten, zoals een burn-out, zijn de grootste oorzaak van langdurige uitval. Je beroep heeft er in de meeste gevallen niets mee te maken.
Hetzelfde geldt voor uitval naar aanleiding van een (auto)ongeval of een sportblessure. In beide van dit soort situaties ben je uitgevallen buiten je werk om, maar kan je je beroep tijdelijk niet, of maar gedeeltelijk uitvoeren. Dit met inkomensverlies tot gevolg.

Tip: een AOV verzekert inkomensverlies bij ziekte die niet ontstaan is op of door het werk.

3. Ik spaar zelf voor een buffer bij ziekte

Sparen voor onvoorziene situaties is uiteraard altijd aan te raden. Als je kiest voor deze optie zal je er echter wel rekening mee moeten houden dat je een aanzienlijke buffer zal moeten opbouwen om een aantal maanden ziekte op te vangen. Je vaste lasten gaan immers door, terwijl je inkomsten (grotendeels) stil liggen.

Stel dat je vaste lasten 2.000 per maand bedragen , dan heb je minimaal een buffer van 24.000 euro nodig om 1 jaar ziekzijn op te vangen.

4. Er komt een verplichte AOV dus ik hoef zelf niks te regelen

De verplichte AOV gaat naar verwachting in 2027 in. Tot die tijd ben je dus niet verzekerd. Daarbij zal de verplichte AOV ook niet meer uitkeren dan het minimumloon. De vraag is of dit minimumloon uiteindelijk voldoende zal zijn om je maandelijkse vaste lasten te dekken.

5. Als ik ziek word gaat mijn partner meer werken

In theorie is dit een mooi uitgangspunt. In de praktijk pakken dit soort plannen nog wel eens anders uit. Het is immers niet altijd van te voren in te schatten of je partner wel daadwerkelijk in staat zal zijn om meer te gaan werken. Vragen die je jezelf van te voren zeker moet stellen zijn:

  • Zijn er binnen zijn/ haar huidige baan wel mogelijkheden om meer uren te gaan werken? Je kan het zelf nog zo mooi bedenken, maar wellicht heeft zijn/haar werkgever hier wel hele andere gedachten bij, of zijn de extra uren gewoonweg niet beschikbaar.
  • Heeft je partner wel de energie en de tijd om extra te werken? Een zieke partner zorgt vaak voor een hoop zorgen en stress. Je partner zal door jouw ziek zijn immers meer zorg- en huishoudelijke taken op zich moeten nemen, waardoor deze wellicht geen tijd en/of energie zal hebben om meer uren te werken of zich extra in te zetten voor jullie bedrijf.

Conclusie: een AOV verzekering is zeker het overwegen waard. Wil je meer weten over de diverse manieren waarop je je kan verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid? Dan verwijs ik je naar onze blog “welke AOV past er bij jou”.

  • Welke arbeidsongeschiktheidsverzekering moet ik kiezen?

    We snappen dat de keuze voor een AOV best lastig kan zijn. In dit artikel helpen we je daarom verder op weg.

    Lees welke AOV bij jou past

mkb 010 leo

Leo van den Ban – Administratiekantoor MKB 010

Heb je naar aanleiding van dit artikel vragen over je AOV? Neem dan gerust contact met ons op. Je mag natuurlijk ook bellen naar: 010 – 52 91 245.